Rob (Ruige Robbie) Bron
16 mei 1945 – 5 oktober 2009

1957
Mijn vaders fietsen en bromfietszaak op de Amsteldijk krijgt er een concurrent bij. Jan Bron, de vader van Rob Bron, begint een handel in 2e hands bromfietsen in de tuin en schuur van een woning aan de Vrijheidslaan, naast de praktijk van Dokter van Ooijen. Ik ontmoet Robbie voor het eerst als hij bij m’n vaders pomp een paar liter benzine(mengsmering 1:25) komt halen. Terwijl ik Robbies jerrycan vul raken we aan de praat en ’t klikt meteen, hij jarig op 16 mei, m’n vader op 16 mei en ik 17 mei. Kortom, Rob nodigt  me bij hem thuis uit. Die middag bel ik aan en een grote corpulente man doet open en stelt zich voor als de vader van Rob, met een “zeg maar Jan”. In de tuin wordt ik rondgeleid en zie dat er prachtig glanzende, blitse brommers en motoren staan. Heel anders dan de ouwe lullen brommers die m’n vader in z’n etalage heeft staan.  Nee hier staan echte nozem paradepaardjes: Benneli, Kreidler, Royal Nord, NSU, Ducati  en Demm. Ik spreek met Rob af dat ik hem aan een vriendje van mij zal voorstellen, een vriendje die op z’n slaapkamer zelf een race brommer aan het bouwen is. We spreken af dat we de volgende zaterdag bij hem, Charles de Heer, in de Holendrechtstraat gaan kijken. Charles brommer bestond uit een allegaartje van in elkaar geflanste frames en motoronderdelen. Hoofdbestanddeel van z’n race monster een Royal Nord frame en motor. Verder had Charles de cilinder laten uitkotteren voor een overmaats zuiger, een verstelbare sproeier en een zelfbedachte (extra) versnellingsbak gemonteerd zodat zijn racertje niet standaard over 3 maar over 8 versnellingen beschikte. Om het “racemonster”een echt race geluid te geven had Charles de uitlaat vervangen door een lange koperen buis. Hoe klinkt ie? vroeg Robbie. Zo antwoordde Charles en prompt startte hij z’n brommer, gaf een paar maal volgas (‘m effe te laten ruiken in vaktaal) en een jankend geluid en een dikke walm vulde z’n slaapkamer. Ook z’n moeder maakte hetzelfde geluid toen ze de slaapkamer binnen stormde. Charles! Dit is verdikkeme al de derde keer deze week dat je dat kreng start. Ja ma, maar ik moest de jongens alleen even laten zien dat ie ut doet. En om hem telkens de trap af te tillen…
Trouwens jongens wat vonden jullie van de geur van de rook?  Ik heb der wat Wonderolie in gedaan, in de tank bedoel ik.  Rob en ik keken elkaar aan en konden alleen oh zeggen.

Rob en Charles werden echte brommer maatjes. Ik, ik was niet zo begaan met Motortechniek, vond het wel leuk om zo af en toe mee te brommen, maar sleutelen liever niet. Rob maakte een autoped met een motor en Charles maakte voor mij een autoped met een Berini op het voorwiel.

1958
Charles & Rob verbouwen brommers tot crossmotoren en ik, creatief met kurk, verbouwde op de Christelijke LTS Wiboutstraat, tijdens het vak lassen en smeden ,  een oude transportfiets met Victoria motor om tot (Zadkine had er water van in z’n mond gekregen) een soort Crossmotorfiets. Op het land voor de Maple Leaf, een land vol kuilen en zandhopen crosten we. Aan Rob kon je gelijk merken dat, dat, een geboren coureur en evenwichtskunstenaar was. Sterk, onverschrokken, brutaal en bovenal moedig. Kortom als Rob op z’n “Fiets”zat kon je hem, zelfs niet met een zware motor bijhouden. Kortom Rob vloog als een Engel!
En ik? Ik houd het crossen na een zware val, waarbij ik een tweede navel op m’n buik creëer, verder voor gezien.

In dat jaar bezoek ik met mijn vader en Rob en zijn familie de eerste (betrouwbaarheidsrit) Trial waar Rob (als ik me het goed herinner ergens de bossen van Amersfoort) op een 50cc Avaros aan mee deed. Clandestien want de KNMV start licentie (Rob was voor deelname nog veel te jong) stond op z’n vaders naam. Rob verscheen dan ook geheel in een te ruim bemeten leren overall, onherkenbaar  door een stofbril en sjaal pas 1 minuut voor de start.
Start! en….. Robbie vloog zoals altijd en liet de oudere meer ervaren coureurs met gemak achter zich.
Na de finish werd Rob niet gekwalificeerd maar ook niet gediskwalificeerd. De jury had teveel van Rob z’n rijkunsten genoten en wie je ook spraak of hoorde, die kleine van Jan Bron dat wordt een hele grote. En Jan Bron glom van trots!

Ik refereerde al aan het bijzondere evenwichtsgevoel van Rob. Ik was dan ook niet verbaasd toen Rob op een fietsje met één wiel een demonstratie gaf op de Amsteldijk en met dat ding met gemak zelfs de trappen bij Nereus op klom.  Ik denk dat ik er mee ga mee optreden riep ie achterom kijkend. Mij vader laat voor m’n fiets nummer een speciaal podium lassen.

1959
Rob z’n vader Jan verhuisd z’n tweedehands bromfietsbedrijf vanuit de Vrijheidslaan naar een winkelpand in de Utrechtsenstraat. Ik bezoek een race voor 50 cc motoren op Zandvoort en zie dat Rob okido gaat maar dat Charles niet verder komt dan een paar honderd meter omdat z’n “Fiets”ontploft. Later raak Rob en Charles uit het oog, maar lees in de krant dat Rob is gaan Skelteren . En gelijk kampioen van Nederland in de 50cc klasse wordt.

Winter 1961/1962
Buiten is het ijzig koud. Ik besluit naar de film te gaan, naar ( toen: Bioscoop “Het Cultuurtheater”) Cinetol. Het journaal begint en tot mijn verbazing zie ik een Britse reportage over een jongeman die met z’n, door hem zelf gemodificeerde skelter, als een gek over het ijs en de sneeuw in het Sarphatipark racet. Ik herken onmiddellijk onze Rob Bron die uitleg geeft over hoe hij z’n skelter (tegenwoordig heten die dingen Go-Cart) ombouwt voor gebruik bij sneeuw en ijs en vervolgens door het park scheurt.
Het aardige is dat als je goed zoekt je deze zwart-wit  reportage onder “Holland GO Kart to Snow Kart” nog op internet video kunt vinden.

1971
Hoewel de Motorsport palmares van Rob Bron te lang en te indrukwekkend is, is 1971 voor Rob en de vaderlandse motorsport er eentje om in te lijsten. Rob wordt namelijk in dit jaar Derde van de wereld in de 500 cc klasse. Een prestatie die tot op de dag van vandaag nooit eerder in ons land in de motorsport is behaald.

1975
Na wat omzwervingen, mede door renovatie in de Spaarndammerbuurt en de sloop van mijn kapsalon, komen mijn echtgenote en dochter te wonen in de van Woustraat op het adres van mijn, tijdens een solo zeiltocht rond de aarde verdronken lagere school maatje, Hans Oerlemans te wonen. Kortom ik ben de nieuwe buurman van Plan Zuid.

Na een tijdje kom ik Rob in de straat tegen die me vertelt, dat hij nog steeds racet en dat hij nu een eigen werkplaats in de Vechtstraat heeft. Ik ben, zo vertelt Rob mij, gespecialiseerd in de verkoop en tuning van Retro Race Motoren. Ik maak een afspraak met hem en bekijk een paar dagen later de prachtige machines die hij op voorraad heeft staan en we babbelen bij.
Wat me verder opvalt is de kanarie gele met sponsoren gedecoreerde Camper (Ouke Baas, Selling e.a.) die voor de deur staat.
 Ga je daar nou mee op vakantie? vraag ik met een lach. Ja! Antwoord Rob. Ieder weekend gaan we er mee op uit. Lekker langs het asfalt als echte berm toeristen. Weet je, ik kan gewoon niet zonder het gehuil en de lucht van een uitlaat. Ik kijk hem aan en zeg: Maar dan wel met Wonder Olie natuurlijk!

1978
Rob vestigt op de Daytona Ring USA een snelheid-  en baanrecord van
342 km/Pu Een record wat nu (01-12-2010) nog steeds staat.

1979
Via, via, hoor ik dat Rob’s steun en toeverlaat z’n vader Jan is overleden.

2000
“Eerste van de Rest” op  televisie kijk ik naar een VPRO documentaire over
Rob Bron.

5 oktober 2009
Ik lees in de krant dat Rob Bron, motorcoureur, oud 64 jaar, is overleden.
Rust in vrede Rob, of beter:

“Fly like the Angels”


PS.

Voor hen die meer over de carrière van Rob Bron willen weten, via internet is er meer dan voldoende info voorhanden. 

Onder andere een video met Rob zijn skelter in de sneeuw en op het ijs in 1963 (click op de eerste link. En een prachtige VPRO Dokwerk videodocumentaire uit 2000 over Rob click op de 2e link.

https://www.youtube.com/watch?v=kjdl3i-f8yo

https://www.youtube.com/watch?v=f4SZp26PIzY