A Lovers QuestionJames Baldwin Live


1988  “A lovers question”

Via een bevriende relatie in België kwam ik aan een baantje als leraar op een nieuw opgerichte filmacademie in het Belgisch Limburgse Genk. Mijn rol daar zou zijn om een aantal studenten de weg te wijzen op het film- en videopad. De gemiddelde leeftijd van deze studenten lag zo rond de 28 jaar en de meeste van hen hadden al een universitaire opleiding achter de rug. De academie werd gesponsord door een Europees fonds dat vrij gekomen was naar aanleiding van de sluiting van de kolenmijnen in het Limburgse en bedoeld om een nieuwe bron qua werkvoorziening aan te boren. En er waren zelfs plannen om een groot filmstudio complex op het voormalige terrein van de kolenmijn te bouwen. Na een aantal lessen door mij gegeven kreeg ik via, via, de opdracht om een Jazz Concert in Brussel te capteren (Vlaams voor registreren van beeldmateriaal) met daarbij het verzoek tot inzet en deelname van mijn studenten. Trouwens vermelden waard is dat als het mijn studenten even te moeilijk werd, qua opdrachten die ik hen gaf, zij mij altijd voorstelden om eerst op ’t café een pintje te gaan vatten.

De opdrachtgever, The Arts Channel, hadden met hun sponsoren  (een Vlaams jeugdfonds en een Europees fonds voor de kunst) afgesproken dat er voor de registratie van het concert, buiten de studenten, minimaal vier crew leden uit België afkomstig moesten zijn en het geluid door de BRT verzorgd zou worden en ik voor de rest vrij was voor het aantrekken van de crew en apparatuur voor nodige broadcast opname apparatuur.
Omdat ik een zeer goede relatie had met de technische ploeg van de VPRO en zij over de juiste opname apparatuur en regiewagen beschikte was mijn keuze wat betreft de Nederlandse ploeg snel klaar en hoefde ik alleen nog maar met mijn Vlaamse relaties in de slag om de crew te complementeren. De belichter en zijn assistent zou de vaste belichter van Theater Ancienne Belgique zijn, en als gezegd het zaal en opname geluid verzorgd door de BRT.  Twee Vlaamse cameralieden zouden voor deze klus de cameracrew van in totaal vijf cameralieden completeren. Bij navraag, ik kende de Vlaamse broeders immers niet, betrof het hier door de wol geverfde knapen en ik me dus over hun vakmanschap geen zorgen hoefde te maken.

Productietechnisch zou de klus als volgt verlopen, 4 repetitie dagen met orkest en solisten en de 5e dag ’s middags een doorloop compleet met camera’s en proefopnamen.
En later om 20.15 uur het concert met publiek ende televisieregistratie.    De 1e repetitiedag viel op een zondag beginnende vanaf 10 uur ’s morgens.

Ruim op tijd vertrok ik vanuit Amsterdam en arriveerde klokslag 9 uur op het parkeerterrein van het Brusselse theater. Ik liep naar de artiesteningang en belde aan. Geen sjoege.
Na een paar keer aangebeld te hebben draaide ik brutaal de deurklink om en een zware stalendeur ging steunend open. Ik deed het licht in de gang aan en ging opzoek naar de organisatie van het concert.
Ik kwam, na een paar trappen te hebben beklommen, uit in iets wat leek op een koffiebar. Omdat er verder niemand in het perceel aanwezig was, en ik best een bakkie koffie kon gebruiken, startte ik het espressoapparaat en nadat het ding voldoende espresso power had opgewekt liet ik een kopje vol lopen. Na twee slokjes hoorde ik voetstappen achter me en keek om. Achter me stond een lange, ietwat onzeker op zijn benen staande, donkere kroesharige meneer. Hi! was zijn korte introductie. En vervolgde in het Amerikaans, waar is iedereen? In mijn beste Engels antwoordde ik, Ik heb geen idee. Maar laat ik mezelf even voorstellen ik ben Peter en ik kom uit Amsterdam, Holland, en het is voor mij ook de eerste keer dat ik hier in dit theater ben. Wel, ik ben Yousseff Yancy trompettist en Theremin speler en ik ben zojuist geland vanuit New York. Koffie? vroeg ik aardig. Yep! Coffee a lot of Coffee, I’m tired and sleepy after my long journey. Ik maakte een extra groot bakkie voor Yousseff en hij nam een slok en keek me dromerig aan. Holland hé? Ja ik kom uit Holland. Dan ken jij vast, er volgde een naam, in den Haag waar ik altijd mijn trompet laat repareren. Ik denk als ik nog langer hier moet wachten dat ik dan maar even naar Den Haag ga. Ik maakte aanstalten Yousseff er van te overtuigen dat even naar Den Haag vanuit Brussel er niet in zou zitten als er dadelijk gerepeteerd moest worden, maar hield me in. De uren verstreken waarbij ik Yousseff constant bezig hield met mijn gelul en koffie. Want als er maar even een pauze viel, wilde Yousseff als nog naar zijn Trompettenman in Den Haag.
Om 13 uur arriveerde eindelijk de organisatie en een aantal orkestleden.
De eerste repetitie dag kon beginnen. Na een aantal besprekingen met de mannen en vrouwen van het theater, nam ik de wijk of beter ik nam voor de rest van de dag en avond vrij.

De tweede, de derde en vierde dag gingen simpel weg op naar het luisteren naar het repeterende orkest en maakte ik samen met de door mij aangetrokken regisseur zo af en toe wat aantekeningen van wie wat waar van de orkestleden soleerden en dergelijke.
Maar eigenlijk verliepen de repetities dermate chaotisch, omdat er telkens orkestleden ontbraken er voor mij en mijn regisseur niets was waar we later tijdens de opnamen mee van acquit konden.
Wel gaf David Lynx zanger en organisator van het concert met handgebaren aan dat zowel het orkest als de solisten van links het podium zouden opkomen. Voor ons alvast een eerste aantekening dat camera 2 gericht op de rechterzijde van het toneel daar de opkomende artiesten moest opvangen en natuurlijk goed, qua kader, in beeld moest brengen.
De vijfdedag, de generale en opnamedag begon prima. Niet alleen was de cameraploeg en de regiewagen vanuit Nederland op tijd, maar ook waren alle Vlaamse captatie collega’s aanwezig.

Alleen de BRT audio wagen zou iets later komen want zij, zo hadden ze mij de dag ervoor uitgelegd dat zij de vorige avond na de repetities het meeste al hadden opgebouwd en er nu alleen nog maar twee microfoons op de audio registratie en mixage wagen hoefde te worden aangesloten. Onze crew ging vlot aan het werk en na twee uur bouwen, 12.00 uur stonden alle camera’s in het theater voor videoregistratie paraat en was ook alle apparatuur in de regiewagen operationeel. Alleen waren de BRT audio technici, het was inmiddels 12.15 uur, nog steeds niet aanwezig voor de aansluiting van de PA in hun geluidswagen aan onze televisiewagen.  Klokslag 13.00 uur melde zich twee heren beiden gestoken in een grijze stofjas bij mij met de mededeling dat zij het geluid kwamen aansluiten. Ze plaatsten één microstandaard aan de linkerzijde van het toneel recht voor een grote geluidsbox en deden dit ook aan de rechterzijde van het toneel. Daarna rolden zij twee haspels uit liepen er mee naar hun geluidswagen buiten op het parkeerterrein verbonden de twee haspels met hun geluidswagen en trokken vervolgens twee audiokabels naar onze regiewagen met de boodschap aan onze VPRO technicus:  allee uw stereo! Onder het terug lopen naar hun geluidswagen draaide ze zich nog even om en riepen, we hebben alles alvast afgeregeld  maar er zit toch nog zo’n 20 procent frituur op de lijn maar daar werken we later nog wel even aan. We gaan nu eerst efkes eten. En nog voor ik iets kon uitbrengen sloten ze de geluidswagen af en liepen in rap tempo de parkeerplaats af richting.
20 procent frituur op de lijn? Ik opende de regiewagen en vroeg aan mijn geluidsman wat betekent 20 procent frituur op de lijn? Zijn antwoord was kort maar krachtig, dat is Vlaams voor ruis! Heel veel ruis!
En om mij duidelijk te maken wat 20% frituur op de lijn betekende schoof hij een audio fader open en het leek net of de regieruimte zich vulde met het geraas bij windkracht acht. Het enige wat ik kon uitbrengen was, Getverde, Godverdomme! We gaan verdomme zo opnemen!
De generale repetitie verliep, op een paar kleine puntjes na goed. Mede doordat onze Nederlandse geluidsman zelf een aantal microfoons had geplaatst en buiten de BRT wagen om op ons opname systeem had aangesloten. Mijn studenten had ik de opdracht gegeven om op het balkon van het theater een rails te instaleren met daarop een door hen te monteren rijdend statief met daar weer op een door hen te instaleren camera. In vaktermen een rails met dolly en camera. Waarbij telkens een team bestaande uit elk drie studenten de rails, dolly, en camera moesten opbouwen en daarna weer afbouwen. Alleen het laatste team hoefde alleen maar op te bouwen en pas na afloop van het concert de rails, dolly en camera af te bouwen. De camera op de rails was erg belangrijk omdat deze camera de broer van James Baldwin, David Baldwin zou volgen tijdens zijn opkomst en gang naar een katheder opgesteld aan de uiterste linkerhoek van het toneel. David Baldwin zou, als verteller, de verschillende onderdelen van het concert d.m.v. teksten en poëzie uit het rijke oeuvre van James Baldwin met elkaar verbinden. Voor de opkomst van David Baldwin, gelijk de start van het programma, was bedacht dat hij in het halfduister zou opkomen slechts uitgelicht met één enkele volgspot. Zijn opkomst werd verder auditief ondersteund door een weergave van een opgenomen Psalm gezongen door zijn overleden broer James Baldwin.
Echt een belangrijk punt voor de belichter om op het juiste moment de volgspot in te schakelen en met het volgen te starten. Want een donkere meneer, tegen een zwarte achtergrond, afgezet met zwarte gordijnen, staande op een zwarte vloer geheel in het duister zou nou niet bepaald een Hollywood start van een Concert en een TV productie zijn.

De generale was voorbij en wij keken in de regiewagen met de crew nog even naar de opnamen en sloten af met een korte regiebespreking voor de opnamen ’s avonds en maakten een afspraak om nog even ergens met z’n allen te gaan eten. De orkestleden, de solisten en de organisatie hadden elders een dinerafspraak. Ik schoot wel nog even een dame van The Arts Channel aan, omdat ik het gevoel had dat er iets niet klopte met betrekking tot de televisie contracten van de Amerikaanse solisten. Maar nadat ik mijn twijfel had geuit bezwoer ze mij dat alles contractueel qua rechten en zo met de organisatie geregeld was.

Klaar voor de start?
Tijdens het eten namen mijn twee Vlaamse cameralieden, tegen mijn niet geringe verbazing,  afscheid met de mededeling dat zij vanwege strenge vakbondsregels niet aan de avond captatie konden/mochten meewerken. Maar ook dat zij voor twee nieuwe cameralieden gezorgd hadden. Kortom daarover geen paniek.
Het is klokslag 20.00 uur de zaal zit vol en klaar voor de aanvang van het concert. Langzaam dooft het zaallicht om halverwege weer naar een volle stand toe te gaan.
De assistent belichter kijkt vertwijfeld om en laat de volgspot zakken.
Nu gaat het TL licht op het podium aan en een baasje komt het toneel op gelopen. En probeert in het Frans iets uit te leggen, maar wordt gelijk door de hele zaal uitgejoeld en uitgefloten. Ja dat heb je als er met grote letters door heel Brussel spandoeken hangen dat dit concert mede georganiseerd is in de week van de Vlaamse Jeugd en de Muziek.

Baasje af ander baasje op met de mededeling, nu in het Nederlands, dat het publiek nog even de zaal kan verlaten omdat door niet nader te noemen omstandigheden de aanvang van het concert een uur vertraging heeft opgelopen. Wel is er voor allen een gratis pintje in de foyer. Nou ik wist genoeg. Ik wist zeker dat de Amerikaanse musici commentaar hadden op de geplaatste camera’s in de zaal en dat zij of meer gage zouden ontvangen of dat anders de camera’s verwijderd zouden moeten worden en daarmee ook de concertopnamen zouden komen te  vervallen. Na een uur mocht het publiek de zaal weer in en nadat een dame van de Vlaamse Jeugd muziek organisatie de zaal haar excuses voor het late begin van het programma had aangeboden kon het programma beginnen. Langzaam werd het duister in de zaal en op het toneel, David Baldwin kon aan zijn opkomst, muzikaal begeleid door de stem van zijn overleden broer James beginnen. Het was heel donker. De volgspot liet verstek gaan. De rijder met de camera op de rails welke David Baldwin bij zijn opkomst moest volgen gaf een pikzwart plaatje, maar gelukkig voor de cameraman was wel waar hij met de camera, na het rijden, terecht moest komen, namelijk schuin boven de katheder waar David Baldwin zijn teksten zou gaan oplepelen. Wat voor ons en het publiek wel aardig was dat wij zacht gevloek hoorden van een onzichtbaar type dat probeerde niet over alle muziekinstrumenten, versterkers en kabels en dergelijke te struikelen. En natuurlijk ook op de tast het spreekgestoelte in de duisternis moest vinden. De Gospel tape was klaar en het licht op het toneel floepte eindelijk aan precies op het moment dat de camera op de rails na een onzichtbare rit tot stilstand kwam. David Baldwin stond in beeld en na een seconde of twee ook weer niet.
De laatste groep studenten waren, door de diner break ’s middags vergeten een aantal moeren aan te draaien waardoor de camera op het rijdend statief als een doodvogeltje halverwege balkon en zaal schuin boven het hoofd van David Baldwin hing.
Welk een geluk dat de cameraman nog net de vallende camera met een gedeelte van een kabel aan de rails vast kon knopen zodat het apparaat niet op de kop van meneer Baldwin was gevallen.

Het orkest was klaar om door onze cameralieden op het toneel opgevangen te worden en via de intercom hoorde ik de regisseur de que attentie voor opkomst links geven en ik zag de lenzen die kan op gericht gaan. Het orkest kwam van rechts op. Later begreep ik dat de artiesten tijdens hun diner besloten hadden de opkomst, zoals de hele week gerepeteerd, veranderd moest worden vanwege het ballet en wat extra ruimte voor een aantal solisten. Dat we de opkomst van het orkest in zijn geheel misten kwam ook door de alertheid van de nieuwe Vlaamse cameralieden, die, naar later bleek, voor het eerst voor een televisie productie werkten en eigenlijk alleen maar met cine-film camera’s hadden gewerkt. Dat hield in dat zij ondanks dat ze via een koptelefoon met de regie verbonden waren niet wisten dat je dan ook het geluid van zo’n ding moest aanzetten om de regieaanwijzingen te kunnen horen. Gelukkig konden we hen dit in de pauze duidelijk maken en de koptelefoons in schakelen. Na de pauze ging de voorstelling verder en zou het concert afgesloten worden met een solo op Tuba, van de Gospel uit het begin van het concert, van een daarvoor speciaal uit Amerika ingevlogen musicus Bob Steward. Het toneellicht ging langzaam naar een zeer lage stand en Bob Steward begon uitgelicht met de volgspot zijn tere solo. De cameraman op het toneel toverde een plaatje in het halfduister tevoorschijn van een onderuitgezakte trompettist ergens in het orkest. Vanuit de regie hoorde ik op mijn intercom de regisseur heel hardschreeuwen de Tuba! Ik wil de Tuba in beeld nu! Een korte klik, de cameraman vroeg boven het gevoelige tuba geluid dus hoorbaar in de zaal uit: Wat is een tuba? De regie: Een blaasinstrument verdomme hij staat rechts achter je! De cameraman: Oh u bedoeld een toeter maar allee dit is toch ook een toeter. De regie: maar deze toeter is een trompet lul en je ziet toch dat hij niet speelt!

Na afloop hadden we een gezellig samen zijn in de theaterbar. Op mijn vraag waarom de opkomst van David geheel in het donker was verlopen kreeg ik het simpele antwoord ach peter ik vond het schoner.

De vraag van het verschil in toeters was al tijdens de voorstelling opgelost en het antwoord op de vraag waarom de camera op de rails niet goed gemonteerd was werd door mijn studenten simpel afgedaan met de kreet: Peter laat ons toch gezamenlijk een pintje vatten.

De concertregistratie werd een maand later, na heel veel knip en plak werk in de eindmontage, door The Arts Channel uitgezonden. Helaas voor dit kanaal kwam er niet lang na de uitzending van het concert een einde aan deze kunstzender. Ook ging na een poosje het Vlaams Beeld Centrum ter ziele. Niet omdat de opleiding niet deugde maar wel omdat het gewest Antwerpen het opleidingsbudget van Vlaams Limburg onterecht aan het onderhoud van wegen had besteed.
Maar of ik daarvoor mede verantwoordelijk was?……wie weet!

1988 Theater Ancienne Belgique Brussel
James Baldwin Project Live  Jazz – Poëzie – Ballet
A lovers question

James Baldwin                    Teksten en intro Gospel “precious lord”
Pierre van Dormael               Gitaar & Muziek
David Lynx                              Zang, Percussie & Muziek
Youseff Yancy                        Trompet & Theremin
Toots Tielemans                    Mond harmonica
Steve Coleman                      Alt sax
Chris Joris                               Percussie & muziek
Diederik Wissels                    Piano
Michel Hatzigeorgiou            Bas
Byard Lancaster                  Saxofoons, Fluit, percussie,  zang & muziek
Pierre Vaiana                         Tenor sax
Slide Hampton                       Trombone
Jimmy Owens                         Trompet & Hoorn
Bob Stewart                             Tuba
Deborah Brown                       Zang
Victor Lazlo                              Zang
Tejan Karefa                            Zang